Artikel – psyche/paranormaal – Waarom de meeste mensen niet uit hun comfortzone komen

Kijkend naar het gedrag van een wolf in mijn omgeving is het me deze week weer opgevallen hoe slecht mensen uit hun comfortzone komen. Al zitten ze al hun hele leven vast op Fort Alcatraz: als dat is wat ze kennen, blijven ze daar zitten. Ook al zet je de deur voor ze open naar het hemelse paradijs: dat paradijs kennen ze niet, dus dat roept angst op. Sterker nog, des te groter het contrast met de dagelijkse werkelijkheid, des te enger het is. Ook al is de afweging geluk versus ongeluk: als het ongeluk bekend is, is dat de keuze.

Voor mensen met de wolf als totemdier is deze weigering om uit hun comfortzone te komen zeker te begrijpen. Na een leven vol mishandeling is het voor hen bijvoorbeeld vaak onmogelijk om nog een gezonde relatie met een andere persoon aan te gaan. De angst voor de ander is domweg ontzettend groot. Sommige wolven gaan überhaupt geen relaties meer aan; anderen hebben voor de vorm een relatie, maar binden zich totaal niet; weer anderen gaan hun partner mishandelen, uit valsheid of angst, vaak een combinatie van beide. Zelfs in vriendschappen zijn veel van hen bang om een emotionele band aan te gaan. Ze kunnen zich alleen nog verbinden via een concreet uitgangspunt als sport, politiek of muziek.

Vrouwen zijn er naar mijn idee iets beter in om hun comfortzone te verlaten. Dat is niet omdat het hier om een sterkere soort gaat, maar omdat meisjes eenvoudigweg beter wordt geleerd hoe ze met hun emoties moeten omgaan. Jongens worden op dit punt al zo vroeg door een cultuur van mannelijkheid gefrustreerd of beschadigd, dat dat voor de rest van hun leven een handicap kan zijn. Je moet man zijn, sterk zijn, vechten, nooit huilen en zeker niet in het openbaar vol op je bek gaan. De meeste vrouwen daarentegen hebben er minder moeite mee om zich kwetsbaar op te stellen of met vriendinnen te bespreken wat ze echt bezighoudt. Er zit minder trots en angst in de weg om hun leven te veranderen. Of ze staan in ieder geval beter met deze gevoelens in contact, waardoor die ook beter te hanteren zijn.

In je jeugd ontvang je je programmering en het is ontzaglijk moeilijk om daar als volwassene nog vanaf te komen. Gezond geprogrammeerd is er vrij weinig aan de hand: je zult op goede, gezonde personen en relaties afstappen. Met een slechte programmering heb je een probleem: dat zal in de rest van je leven waarschijnlijk foute patronen en/of psychische problemen op gaan leveren. Een gang naar de psycholoog of psychiater is dan de volgende stap, maar in mijn ervaring hebben die niet altijd genoeg inzicht in de problematiek van hun patiënt. Zeker complexe, heftige karakters gaan hun boven de pet. Een goede sjamaan heeft dan nog altijd de hulp van haar of zijn gidsen.

Je programmering als kind levert scripts op. Dat zijn – meestal onbewuste – leefregels volgens welke je je leven inricht. Als je vader een tiran was kan dat zijn: alle mannen zijn klootzakken. Als je thuis alleen de kat kon vertrouwen: mensen zijn niet te vertrouwen. De personen en situaties die jij in je leven toelaat moeten aan deze scripts voldoen: dat is immers veilig en wat je kent. Komt er een man in je leven die je wél kunt vertrouwen, dan is dat veel bedreigender, dan weer een klootzak. Het klinkt hier heel eenvoudig, maar onderschat de hardnekkigheid van deze scripts niet. Een script ontkrachten of doorbreken kan psychoses en zware depressies opleveren. Het is sleutelen aan de basis van je computer en daarom is het ook zo moeilijk en eng!

Om de mens te helpen op zielsniveau aan zichzelf te werken hebben we in ons leven twee grote krachten: de liefde en de dood. Wanneer gaat iemand veranderen en aan zichzelf schaven? Juist, vaak als er een ander een beeld komt voor wie ze liefde voelen. Wanneer ga jij je voor een zaak inzetten? Als je hart er ligt. Wanneer verzoenen een vader en zoon zich? Als vader doodziek eindelijk de kracht vindt om zijn zoon te vergeven of zijn trots opzij te zetten of zijn eigen fouten kan toegeven. De moker van ware liefde is mijn transformatie- en bewustwordingskracht geweest, maar niet iedereen komt daarvoor zijn bed uit. Soms zijn mensen zo beschadigd en bang dat wezenlijke verandering in dit leven eenvoudigweg niet meer te doen is.

Faal je daarom als je niet uit je comfortzone durft te komen? Nee. In de ogen van de Bron faal je nooit. Een mens beschikt over een vrije wil en elke keuze wordt door je gidsen met mededogen en liefde bekeken. Er is wel sprake van een gemiste kans, maar gelukkig hebben we meerdere levens, zodat er genoeg tijd is om bepaalde ontmoetingen en situaties nog eens over te doen.

Het enige dat ik wel wil meegeven is dat je jezelf de kans op geluk nóoit moet ontzeggen. Concludeer niet dat het in dit leven nooit meer wat wordt, maar blijf in sprookjes geloven. Probeer je ogen open te houden voor de uitzondering op jouw regel en sta dan ook toe dat je leven verandert en – oh wat eng – misschien zelfs verbetert. Mijn motto is: liever voor de 1000e keer onderuit dan bij leven al dood en begraven te zijn.